Amsterdamse bands in de oefenruimte: De Kift

Een kijkje in het rariteitenkabinet van deze fanfare punkrockers.

[3VOOR12/Amsterdam – 7 juni  2010]

Net buiten Amsterdam, maar nog dichterbij dan bijvoorbeeld Amsterdam Bijlmer, ligt het NS-station Koog Zaandijk. Vervolgens, op slechts enkele minuten lopen, ligt in het centrum van Koog aan de Zaan de oefenruimte van De Kift. Deze band werd eind jaren tachtig door Ferry Heijne in eerste instantie opgericht als punkband, maar mengde dit uiteindelijk met een flinke dosis fanfaremuziek. Met deze bizarre combinatie heeft de band zich de afgelopen twee decennia in het rijtje van vaste waarden van de Nederlandse alternatieve rockmuziek geschaard. Voor de serie Amsterdamse Oefenruimten neemt 3VOOR12/Amsterdam een kijkje in de keuken van dit rariteitenkabinet.

Rond het oude kraakpand hangt een indringende zweem van chocolade van de nabij gelegen Verkade-fabriek. Bij binnenkomst wordt ons in de gezellig rommelige keuken een koffie uit de percolator aangeboden. “De rest komt zo”, weet gitarist Pim Heijne. Wachtend op de overige bandleden, geven we onze ogen alvast goed de kost. In een kleine speurtocht langs de archiefkasten van de band, zien we enkele dozen met niet verkochte albums en hun opmerkelijke titels zoals Krankenhaus, Gaaphonger, Vlaskoorts en Hoofdkaas. Verder valt de bonte verzameling van bizarre instrumenten op. Zo staat er een kloklier (een draagbaar klokkenspel) en ligt er een frame met vijf omgekeerde emmers en daarop vastgemaakt vijf elektronische drumpads. Ook is er een oude tenorbeker die via een fluitje van een roltong is aangesloten op een elektronische luchtbedpomp. Prominent in de ruimte is een zelfgemaakt kartonnen draaiorgel, opgebouwd uit pvc-buizen met verschillende mondharmonica’s die zijn aangesloten op een stofzuiger (!).

Langzaam druppelen steeds meer bandleden het repetitieschuurtje binnen en wordt het allegaartje van instrumenten gestemd en geprepareerd. Er klinkt een kleine kakafonie van blazers, trommelgeroffel en elektronische klanken. Wanneer iemand ergens een toeterende klank voortbrengt, vraagt trombonist Patrick Votrian: “Is dat een Bb?” Vervolgens speelt hij zelf een Bb op zijn trombone, begint te lachen en vertelt een anekdote over het vorige WK. “Ik hoorde ergens in de verte zo’n oranje toeter ‘pwhoeeep’ doen (hij blaast op zijn trombone) en ik reageerde met mijn eigen trombone ‘pwhoeeep’. Vervolgens hoorde ik twee keer ‘pwhoeeep, pwhoeeep’ en ik reageerde weer hetzelfde. Toen ik vervolgens ‘pwhoeeep, pwhoeeep, pwhoeeep’ hoorde, reageerde ik met ‘peudeude deudede peudeudededeuh’”. Hij speelt een melodie met meerde noten en er wordt hard gelachen door alle aanwezigen.

Vanavond zal er gerepeteerd worden voor de show op Oerol, waarbij De Kift gezamenlijk zal optreden met theatergroep Tryater. Wanneer uiteindelijk frontman Ferry Heijne binnenkomt met onder zijn arm een stapel bladmuziek, kan de repetitie beginnen. “Voor het optreden volgende week wilde ik eigenlijk proberen drie of vier nummers, of in ieder geval een kwartiertje te vullen met nieuw materiaal. Als iedereen dat even in gedachten wil houden. Eén van de gegadigden die ik graag zou doen is Bal”. Als snel begint iedereen gretig de eerste geluiden uit hun instrument te produceren, maar Heijne interrumpeert nog even kort. Hij vraagt Votrian of hij een bepaald stem zou willen zingen, maar Votrian vindt het net iets te hoog: “Het is wel tricky, ook omdat mijn stem dan vaak heel snel breekt”. “Nee dat is juist mooi en op zich geen probleem”, reageert Heijne en vervolgt met “probeer ‘t effetjes en als het echt niet gaat…”. Heijne maakt zijn zin niet af en gebaart vragend of iedereen klaar is om te spelen. Hij ontvangt instemmende blikken en De Kift begint nu echt te repeteren.

Vanaf 11 juni is De Kift een hele week dagelijks te bezichtigen op het Oerolfestival .

1 antwoord

Trackbacks & Pingbacks

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.