Maurice Schmitz (@PopSport, ArtMARK) over muziekeducatie

Maurice Schmitz is directeur, bestuurder, van het landelijke talentontwikkelingsprogramma PopSport. Daarnaast is hij de trotse eigenaar van ArtMARK; een landelijk opererende projectorganisatie in het veld van cultuur, educatie en communicatie. Hij speelt zelf trompet sinds zijn negende via de “old school Limburgse muziekeducatie: de fanfare!” en momenteel in de blazerssectie van de soulband MotownHead. Hij geeft zelf geen muziekles, maar heeft een aantal jaren geleden wel lessen verzorgd voor Fontys Music Management over de muziekindustrie.

1. Welke muziekeducatie heb je zelf genoten? (en heb je ervan genoten?)

Ik heb nooit formeel les gehad, maar ben wel in een stimulerende omgeving opgegroeid volgens het stramien; gewoon meedoen en daarbij proberen te begrijpen wat je doet. Ik heb daardoor geen kennis van de officiële muziekleer, maar kan wel redelijk muziek lezen.
Mijn muziekeducatie bestond uit een (amateur) zingende vader, zitting hebben in het kerkkoor, de eerste trompetlessen in een achterzaaltje van het café, meespelen in de fanfare en vooral heel veel popmuziek luisteren. Hierbij had ik uiteraard een speciaal oor voor blazerspartijen en -arrangementen. Learning by doing, dus. Ik heb dit altijd met heel veel plezier en inzet gedaan, maar het ontbrekende inzicht in muziekleer zie ik nu wel als een gemis.

2. Waar moet volgens jou het accent op liggen bij muziekeducatie?

In eerste instantie moet alle aandacht ernaar uitgaan om bij jonge mensen ‘het lampje te laten aangaan’. Inspireren dus en op zoek gaan naar dat allereerste kippenvelmoment van (samen) muziek maken. Vervolgens er niet omheen draaien dat het nogal wat moeite kost om echt verder te komen. Verder moet een groot deel van de inspanning erin gaan zitten om samen met het kind/jongere erachter te komen waar het muzikale hart precies ligt (genre, instrument, samenstelling). Theorie moet verder geen doel op zich zijn, maar een middel om de muziek beter te begrijpen en het muziekmaken leuker.

3. Welke rol denk je dat nieuwe media (internet, iPod, gsm, games) kunnen vervullen bij muziekeducatie?

Als je met jonge mensen werkt, zijn de genoemde media in algemene zin vooral een bedreiging, in de zin van concurrenten om de schaarse uren vrije tijd. Eenmaal gekozen voor actief muziekmaken zijn ze essentieel en bijzonder geschikt om het plezier van (mee)spelen te vergroten en een geweldige steun bij het vinden van je eigen weg in muziek(genre).

Overige opmerkingen?

Nu het muziekonderwijs op lagere scholen en op het voortgezet onderwijs zo goed als helemaal weggesloopt is en ook de muziekscholen in heel zwaar weer zitten, is er een grote noodzaak dat de (pop)muzieksector zelf het heft in handen neemt en talentcoaching serieus neemt. Zeker nog in de context waarin de (vrijetijd) alternatieven voor jongeren alleen maar meer worden.

Lees hier alle interviews over muziekeducatie.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.