Anders consumeren: muziekcultuur en participatie

In mijn masterscriptie Gitaarles 2.0 onderzocht ik de gevolgen van Web 2.0-ontwikkelingen bij gitaareducatie.

Voordat ik dieper inging op allerlei technologische ontwikkelingen, vond ik het belangrijk om eerst even stil te staan bij de manier waarop een docent of student naar muziek kijkt, oftewel wat is iemands ‘Perspectief op muziek‘?

Daarnaast vond ik het essentieel om ook de basale eigenschappen van leren en van doceren in kaart te brengen, de context van de maker én van de luisteraar te benoemen en enkele historische de veranderingen in het musiceren en luisteren te schetsen.

Hieruit bleek dat wanneer er nieuwe technologieën worden ontwikkeld om de relatie van consumenten tot product te verbeteren, we kunnen spreken over interactiviteit. Wanneer de relatie van de consument tot een product meer wordt beïnvloed door culturele en sociale aspecten, spreekt men van participatie. Deze paragraaf zal een aantal voorbeelden bespreken van recente muziekculturele participatie die van belang zijn voor het beter begrijpen van online gitaareducatie.

Het aantal mensen dat in een bioscoop met elkaar kan praten en wiens gedrag getolereerd wordt door haar omgeving, is bijvoorbeeld afhankelijk van het soort publiek of de gedragsregels van de bioscoop. Bij participatie ligt de agency – de macht of controle – dus meer bij de mediagebruikers en de context dan bij mediaproducenten, terwijl bij interactiviteit de agency meer lag bij de mediaproducenten. Door nieuwe technologieën is de productie, distributie en consumptie van muziek sterk vereenvoudigd waardoor de drempel verlaagd is en waardoor de macht van de conventionele muziekindustrie op al deze vlakken kleiner is geworden. Een aantal voorbeelden van participerende muzikanten en luisteraars illustreren deze spanningen bij de agency van verschillend mediagebruik.

Internet

De komst van nieuwe instrumenten en de computer vergrootten de mogelijkheden om met muziek en mediaproducten te interageren. Dit was voor de uitgevende mediabedrijven op zich nog relatief eenvoudig te controleren, omdat zij hierbij de macht hebben. Door het internet echter ontstond een participatie van consumenten met nieuwe, en in de ogen van de muziekindustrie ‘onbevoegde’, omgang met mediaproducten. De machtsverhoudingen zijn hierdoor verschoven en de beschikbaarheid van muziek is hierdoor op een ongekende wijze toegenomen.

Niet alleen de muziek maar ook bijvoorbeeld concertregistraties zijn de laatste jaren op grote schaal beschikbaar gekomen. Initiatieven zoals het inmiddels alweer ter ziele gegane Fabchannel bieden de consument volledige registraties van de optredens op het internet. Ook de muziekjournalistiek is drastisch veranderd en draagt haar steentje bij aan een levendige (online) muziekcultuur. De vele recensiesites, met de mogelijkheid om als bezoeker ook een reactie achter te laten, creëren een levendig kritisch muziekpubliek. Deze kritiek wordt ook steeds vaker op humoristische wijze verpakt in bijvoorbeeld videoparodieën. Hierbij worden onder video’s van bekende virtuoze gitaristen een eigen slecht ingespeeld audiosignaal gemonteerd.

Er zijn ook mogelijkheden ontstaan om via het internet wereldwijd door te breken als muzikant. De Britse band de Artic Monkey’s brak wereldwijd door met hun Do It Yourself (DIY) strategie via het Internet. Ook de nieuwe band van de Nederlandse zangeres Anouk werd deels gevormd via Internet. Door YouTube-video’s van muzikanten te bekijken werden potentiële nieuwe bandleden uitgenodigd voor een auditie van de band.

Deze voorbeelden van onconventionele paden in de muziekwereld voor zowel het verwerven van faam als het werven van nieuwe bandleden, spreken veel jonge gitaarleerlingen waarschijnlijk tot de verbeelding en zijn een ander voorbeeld van de vervagende grenzen tussen fan en muzikant. Deze ontwikkelingen lijken de dimensies van muzikale praktijken van het muzikantschap en luisteraarschap van Elliott te overlappen. Deze vervagende grens tussen muziek maken en muziek luisteren illustreert de prosumenten in een participatiecultuur. Jenkins ziet de grens tussen een fan en de maker van een cultuurproduct ook steeds kleiner worden.

“Fans reject the idea of a definitive version produced, authorized, and regulated by some media conglomerate. Instead, fans envision a world where all of us can participate in the creation and circulation of central cultural myths. Here, the right to participate in the culture is assumed to be “the freedom we have allowed ourselves”, not a privileged granted by a benevolent company, not something they are prepared to barter away for better sound files or free Web hosting.”

Met name de jeugd die met deze nieuwe mogelijkheden opgroeit, blijkt hier gevoelig voor en hapt gretig toe. De invloed van muziek op jongeren en groepen in het algemeen, creëert volgens popsocioloog Tom ter Bogt een symbolische ruimte voor jongeren.

De kern van iedere jeugdcultuur is precies dat proces van het opeisen van een eigen materiële en symbolische ruimte voor jongeren die al dan niet ten voorbeeld wordt gesteld aan de oudere generatie. In het afbakenen daarvan speelt popmuziek een belangrijke, zo niet de belangrijkste rol. Muziek en de daarbij horende houding zijn de herkenningstekens voor gelijkgestemden.

De mogelijkheden die jongeren tegenwoordig hebben om te participeren in de creatie en circulatie van culturele producten, worden dus nog verder gevoed door meer algemene kernmerken van jeugdculturen. Een van belangrijkste activiteiten van jongeren op dit moment is het spelen van videogames.

Muziekgames

De veranderingen in de vrijetijdsbesteding van de jeugd in de afgelopen decennia, hebben zo hun weerslag gehad op de muziek. Het consumeren van muziek kon tot een jaar of vijf terug alleen door te luisteren naar radio, cd’s, computers, concerten of door zelf muziek te maken. Sinds een aantal jaren is er nu de ook mogelijkheid om muziek te ‘spelen’ door middel van videogames. Met de komst van spellen zoals Guitar Hero en Rock Band, groeien hele generaties op met het bespelen van plastic instrumenten die verbonden zijn met een gameconsole. Hierdoor komen deze spelers, vaak nog kinderen, in aanraking met de canon van de (rock)muziek en ervaren enigszins hoe het is om in een band te spelen. De aantrekkingskracht tot de aanschaf van een echt instrument zal hierdoor wellicht groeien, evenals het potentieel aan nieuwe leerlingen.

In ieder geval lijken het luisteraarschap en de luistercontext met een participerende spelfactor te worden uitgebreid. Over de kracht van ‘spel’ bij educatie zal in 4.3 nog uitgebreider worden stil gestaan. Door de groeiende participatie van het samen spelen van muziekgames en op andere deelnemers te kunnen reageren bij recensiesites, kunnen de traditionele muziek‘luisteraars’, tegenwoordig eerder muziek‘gebruikers’ genoemd worden.

De implicaties voor muziekeducatie zijn door al deze technologische ontwikkelingen eveneens uitgebreid. De in 1.3 besproken muziekeducatieve leeromgevingen – informatie-, doe- en interactieomgevingen – kunnen door middel van technologische ontwikkelingen worden verrijkt en lijken elkaar zelfs steeds meer te overlappen. In het volgende hoofdstuk zullen aan de hand van enkele voorbeelden deze uitbreidingen, overlappingen van die drie verschillende leeromgevingen, aan bod komen. Zij illustreren de groeiende eenvoud en mogelijkheden voor het presenteren van informatie, het samenwerkend leren en het aanleren van motorische vaardigheden.

Niet alleen op inhoudelijk vlak, maar ook voor de muzikant en de luisteraar, zorgen de mogelijkheden tot participatie voor nieuwe verhoudingen. Op beleidsniveau is er in de muziekeducatie eveneens een verschuiving zichtbaar. De in 1.3 besproken voorbeelden van onderwijsbeleid op macro-, meso-, en microniveau komen door toedoen van vernieuwende technologie ook steeds meer samen. Voorbeelden hiervan zullen in het volgende hoofdstuk worden belicht.

Er is nog een belangrijk aspect onbesproken gebleven, naast alle besproken nieuwe media ontwikkelingen in de muziek en de muziekcultuur. De opkomst van online gemeenschappen heeft grote veranderingen teweeg gebracht in de muziekwereld. Door samen dingen te kunnen delen, te regelen, te produceren etc. krijgen individuele gitaristen ineens ongekende vrijheden en dat heeft zo zijn weerslag op het aanbod van de gitaareducatie. Ook deze online gemeenschappen zullen in een volgende post uitgebreider aan bod komen.

Geen zin om te wachten? Lees dan hier de eerdere paragrafen of zelfs mijn volledige masterscriptie Gitaarles 2.0.

 

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.