Online gitaareducatie: Nieuwe communicatie door tabsites

In mijn masterscriptie Gitaarles 2.0 onderzocht ik in 2009 de gevolgen van Web 2.0-ontwikkelingen bij gitaareducatie. Voordat ik dieper inging op allerlei technologische ontwikkelingen, vond ik het belangrijk om eerst even stil te staan bij de manier waarop een docent of student naar muziek kijkt, oftewel wat is iemands ‘Perspectief op muziek‘?

Daarnaast vond ik het essentieel om ook de basale eigenschappen van leren en van doceren in kaart te brengen, de context van de maker én van de luisteraar te benoemen en enkele historische de veranderingen in het musicerenluisteren en consumeren te schetsen. Naast deze technologische veranderingen dragen ook cultuureducatieve alteraties ook bij aan een evolutie van de gitaareducatie. Onderstaande paragraaf uit de scriptie laat een versmelting zien van deze ontwikkelingen met de leeromgevingen -informatie-, doe- en interactieomgevingen (waarbij het ging om het presenteren van informatie, het samenwerkend leren en het aanleren van motorische vaardigheden).

Er zijn wel tien- en mogelijk honderdduizenden virtuele gemeenschappen in de cyberspace aanwezig variërend van e-mail lijsten, elektronische bulletinboards, online chatgroepen en domeinen met RPGs. Veel van hen zijn gelinkt aan megagemeenschappen die weer duizenden andere online gemeenschappen onder hun hoede hebben. Deze megagemeenschappen worden meestal beheerd door grote bedrijven die winst georiënteerd zijn. Ze bieden wel gratis virtuele gemeenschappen aan maar verkopen tegelijkertijd advertentieruimte die aansluit op de interessegebieden van de gebruikers.

“Virtuele gemeenschappen op hun beurt verwijzen niet zozeer naar een toevallige interactie van mensen op het internet. Ze doelen op verbondenheid, verbinding, participatie en gedeelde ‘ervaringen’. In gemeenschappen worden mensen met elkaar in relatie gebracht door functionele en symbolische interacties. Functionele interacties verwijzen naar de organisatie en structuur van een gemeenschap en symbolische internacties wijzen op de wil om eenzelfde doel te bereiken door samenwerking met anderen.”

Om de verschillende spelers die zich op het internet bezig houden met gitaareducatie in kaart te brengen, zal gebruik gemaakt worden van de vierdeling van socioloog Brian McNair en zijn analyse van de actoren in de online journalistiek. Aan de hand van zijn eerste categorie, de ‘professionele institutionele actoren’ kunnen meer conventionele spelers worden besproken onder bijvoorbeeld de noemer ‘professionele georganiseerde educatie’ (PGE). Dit zijn dan bijvoorbeeld muziekuitgevers en muziekscholen die nu op een officiële wijze hun muziekeducatieve waar op het internet aanbieden. Aan de hand van McNair’s tweede categorie, de ‘professionele individuele actoren’, kunnen bijvoorbeeld meer gerenommeerde gitaristen worden besproken die zelf een videolog bijhouden op YouTube onder de nieuwe naam ‘professionele individuele docenten’ (PID). De werkwijze van deze eerste twee categorieën is meestal nog vanuit het oude ‘topdown’ eenrichtingsverkeerperspectief. De volgende ‘niet professionele actoren’ betreden de wereld van online muziekeducatie meer vanuit een bottom-up filosofie.

De derde categorie van McNair zijn de ‘niet-professionele individuele actoren’ die de miljoenen privé-docenten kunnen beschrijven en ‘niet-professionele individuele docenten’ (NPID) genoemd kunnen worden. De laatste categorie van de ‘niet- professionele institutionele actoren’ zijn dan bijvoorbeeld de nieuwe spelers in de muziekeducatie zoals online tabsites en fora. Deze heten dan ‘niet-professionele georganiseerde educatie’ (NPGE).

De introductie van het internet heeft voor zowel de PID als de NPID de mogelijkheid geboden om direct een massapubliek aan te spreken. Met de komst van de NPGE is er voor de individuele docenten zelfs nóg een mogelijkheid ontstaan om bij aan te sluiten, maar is er hierdoor tevens een concurrent bijgekomen. Door het decentrale karakter zoals bij de OSOSS al werd beschreven, kunnen veel individuele docenten nu wereldwijd participeren in gitaareducatie. De volgende afbeeldingen illustreren de transformatie van voor en na de introductie van het internet. Hierbij zijn ook de ‘individuele leerlingen’ (IL) en ‘mondiale massa’s leerlingen’ (MML) ingetekend.

De komst van het internet heeft zo een ongekende transformatie in de gitaareducatie teweeg gebracht. Door middel van websites kunnen gitaardocenten en –leerlingen nu ineens zelf gemaakte partituren of eigen instructievideo’s met elkaar delen over de gehele wereld. In deze paragraaf zullen twee belangrijke soorten websites voor gitaareducatie worden besproken: Tabulatuursites (tabsites) en videosites.

Tabsites

Bovenstaand figuur illustreert welke vakjes van de zes snaren een gitarist dient in te drukken om achtereenvolgens de vier akkoorden D, A, Bm en G te spelen. Deze manier van notatie heet een tabulatuur of kortweg tab. Ondanks dat tabulatuur geen tempo, ritme, melodie, vingerzetting, akkoordnamen, tekst en andere verdere instructie weergeeft, kan een gitarist hiermee bijvoorbeeld “With or Without You” van de band U2 leren spelen.

Met de komst van het internet zijn dit soort weergaven van nummers voor iedereen gratis toegankelijk geworden. In de afgelopen vijftien jaar hebben gitaristen wereldwijd hun versie van een bepaald nummer op het internet gezet waardoor een enorm online educatief netwerk is ontstaan. Hierdoor is het traditionele model voor muziekeducatie nog meer veranderd.

Bekende tabsites (NPGE) zoals “Ultimate Guitar Tabs Archive” en de inmiddels gesloten website “On-Line Guitar Archive”, hebben door de jaren heen miljoenen gebruikers aan zich weten te binden, maar ook veel weerstand bij de muziekindustrie (PGE) opgeroepen, aangezien muziekuitgevers hierdoor minder officiële geprinte tabulatuur verkopen. De auteursrechtelijke kant hiervan komt in het laatste hoofdstuk nog verder aan bod, maar voor nu is het van belang de gevolgen voor de gitaareducatie te illustreren. Een gitaarleerling lijkt nu simpelweg geen docent meer nodig te hebben, maar alleen een internetverbinding. Lijkt, want dit is echter niet helemaal waar.

Zoals gezegd is tabulatuur meestal onvolledig. Ze heeft vaak geen tempo, ritme, melodie, vingerzetting, akkoordnamen, tekst en verdere instructies en laat veelal alleen bepaalde delen van nummers zien. Dit komt ook vaak door de verschillende auteurs van de tabulatuur en hun verschil in niveau. Een beginnende gitarist zet wellicht alleen de akkoorden van het couplet en het refrein online, terwijl een meer gevorderde gitarist een volledige transcriptie van de solo aanbiedt.

De educatieve implicaties van deze voorbeelden zijn op verschillende niveaus te begrijpen. Ten eerste op het niveau van de in paragraaf 1.1 besproken kennisdimensie. De aangeboden (i) feitelijke kennis is voor gitaarleerlingen door de opkomst van het internet enorm gegroeid. De (ii) conceptuele kennis (zoals theorieën en modellen) en (iii) procedurele kennis (de methoden en technieken om deze uit te voeren), zijn op de tabulatuur en videosites minder aanwezig en lijken toch wat meer interactie met een docent of andere leerlingen te behoeven. Door de komst van allerlei fora en andere digitale netwerken ontstaan er wel meer interactieve leeromgevingen waarbinnen ook deze kennis meer kan worden gedeeld, maar zoals uit paragraaf 1.3 bleek, hebben dergelijke interactieomgevingen ook te maken met leerdoelen, leerinhouden, verschillend onderwijsbeleid en docentcompetenties. Doelloos conceptuele of procedurele kennis overbrengen zonder duidelijk beleid, lijkt daarom om dit moment nog niet te gebeuren.

Naast kennis, liet Brown in 3.1 al zien dat er op het gebied van de cognitieve processen door ICT-gebruik meer activiteit is bij de laatste categorieën zoals evaluate en create. Wel sprak hij daarbij van meer experimentele en ontdekkende lurk and try methoden. Gitaristen die op het internet een bepaalde solo willen leren, gaan zelf op zoek naar een goede versie, proberen deze te spelen en te beoordelen op kwaliteit en passen deze eventueel naar eigen inzicht aan.

Veel van de bovenstaande ontwikkelingen hebben zich de laatste jaren ook afgespeeld op het gebied van video. De website YouTube is één van de bekendste videosites waar instructievideo’s door duizenden gitaristen online worden geplaatst. De volgende paragraaf deze videosites verder bespreken.

Geen zin om te wachten? Lees dan hier mijn volledige masterscriptie Gitaarles 2.0.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.